Er gaat een nieuwe wereld voor je open zodra je een baby hebt. Woorden waarvan je het bestaan of de betekenis niet wist. Zo is het “aanhappen” er misschien ook wel eentje. Wanneer je besluit borstvoeding te gaan geven, hoor je vanaf de eerste dag te term aanhappen of aanleggen. Heel simpel betekent het eigenlijk de manier waarop je baby de borst in de mond neemt om goed te kunnen drinken.
Zo simpel als de betekenis is, zo moeilijk kan het juist aanhappen soms zijn. Je baby en jij hebben dit nog nooit gedaan. Dus jullie gaan dit samen oefenen de eerste weken. Het verkeerd aanleggen, zorgt voor een groot deel van de meest voorkomende kwalen bij borstvoeding, zoals tepelkloven. Gelukkig word je de eerste dagen goed begeleid door de kraamverzorgster en/ of een lactatiekundige. En als je het eenmaal onder de knie hebt, gaat het vanzelf.
Een paar tips van lactatiekundige Wendy:
- Veel huid op huid contact
- Baby dicht tegen je aan
- Laat je baby naar de borst zoeken
- Ondersteun het lijfje
- Leg de baby in een rechte lijn
- Nodig uit door de tepel over de bovenlip te bewegen
- Wacht totdat de mond wijd opengaat
- Het is juist goed als de baby zijn mond wijd open doet. Daar hoef je niet van te schrikken.
- Je duwt niet zijn hoofdje naar je toe, maar het lijfje
- Laat je baby zelf aanhappen
- Het hoofdje is vrij zodat je baby ook het hoofd kan kantelen en goed kan ademen
Hoe meer stress en hoe meer je probeert te sturen, hoe lastiger het voor de baby wordt om goed aan te happen. Probeer rustig en relaxt te blijven. Zorg dat je comfortabel zit en laat je niet opjagen door bijvoorbeeld de tijd.
De eerste seconde van het aanhappen kan even gevoelig zijn, maar daarna moet dit weg zakken. Is dit niet zo, dan haal je je baby voorzichtig van je borst af. Dit doe je door met je pink bij de zijkant van het mondje het vacuüm eraf te halen.
Wanneer is het aanhappen goed gelukt?
- Lipjes naar buiten gekruld
- Neusje is vrij om te ademen
- Je hoort en ziet je baby slikken
- Korte haaltjes gaan over in grote bewegingen gevolgd door een slikje. Het zuigritme verandert
Het is belangrijk dat je ziet dat de baby niet oppervlakkig sabbelt maar dat hij een grote drinkende beweging maakt met zijn kaakjes. Dat is het verschil tussen sabbelen en drinken. Sabbelen moet direct stoppen. Dat heeft niets met voeden te maken en daar gaan de tepels van stuk. Dit is dus een signaal van je lichaam dat het niet goed gaat.
Wat moet je doen in de stuwingdagen?
Een paar dagen na je bevalling krijg je last van stuwing. Je borsten zetten enorm op. Dit is pijnlijk maar kan daarnaast het geven van borstvoeding bemoeilijken door de hardheid van je tepelhof. Het wordt dan moeilijk om aan te happen. Dit is heel simpel op te lossen door met je vingers een beetje melk eruit te kolven/ masseren. Zo maak je het tepelhof weer wat zachter waardoor het voor je baby makkelijker is.
Wendy heeft ook een mooi filmpje geselecteerd over het aanhappen:
Lees ook de andere artikelen van Wendy over borstvoeding:
Borstvoeding: onzekerheid over de hoeveelheid melk
Wendy Seelen.
Ik ben sinds 2005 lactatiekundige en nu werkzaam bij Careyn Kraamzorg. Daarnaast ben ik sinds 2015 babycoach en heb ik ook mijn eigen praktijk.