Ik moest echt heel erg wennen, zo ineens met een baby. Die bevalling is allemaal appeltje eitje, maar voor zo’n kindje zorgen… Ik had beter een oud kattenvrouwtje kunnen worden; kittens zijn een stuk makkelijker. Maar goed, ik had nou eenmaal een mensje gebaard en geen fluffy harig klein piepmonster. Haar had ie namelijk niet; vrij kale baby. Piepen deed ie ook niet aan; wel héél hard gillen als hij honger had trouwens… Maar ik dwaal af. Een baby verzorgen dus…

Hoe zit dat?

Godzijdank was daar de kraamhulp, want na twee daagjes ziekenhuis en een aantal dagen kraamhotel had ik nog steeds geen idee wat ik nou wel en niet moest en mocht doen. Hoe vaak mag hij nou eigenlijk drinken? En is dat dan goed als hij de hele dag door drinkt? Hoe doe je in hemelsnaam die luiers netjes om? En dat omkleden… Wat een ramp voor die kleintjes. Dan heb ik het nog geeneens over het slapen, badderen, en naar buiten met een baby; moet ie dan in de maxi cosi, of liever in een platte kinderwagen? Of was een draagdoek de moeite waard? Ik had echt honderdduizend vragen en íedereen kwam ook met een ander advies in onze vriendengroep, dus hield ik me maar vast aan de kraamverzorgsters en aan iets wat nog véél beter is dan de kraamzorg; m’n moederinstinct.

Moederinstinct

Ja, blijkbaar was dat even gegroeid in die paar daagjes. Iets wat soms best ongemakkelijk is (lees: baby huilt en jij lekt door 4 lagen kleding heen) en soms ook wel een beetje eng, om heel eerlijk te zijn. Ineens voel je de dringende noodzaak om je je overal over te verdedigen. Tel daar nog een goede dosis hormonen bij op en ineens ken je jezelf niet meer terug. Dat geldt zowel fysiek als mentaal (ik begreep ineens waarom vrouwen zo blij werden van borstvoeding; ‘ze’ waren ineens 2 maten gegroeid en dat was eigenlijk best prima, alhoewel ik de stuwing wat minder leuk vond), en ook in de positieve én negatieve zin. Ik stond al niet bekend om m’n goede en vriendelijke gedrag als ik moe, verdrietig, of wat dan ook was. En dat werd er nu niet bepaald beter op. Daarentegen had ik wél een mooie afleiding; dat kleine jongetje wat zo’n beetje 22 uur per dag wilde drinken. 

Geen hippiemoeder

Om dus even terug te komen op het ‘anders aanpakken’. Nu moet je niet denken dat ik een of andere hippiemoeder ben; verre van. Maar laten we maar zeggen dat hij de eerste periode weinig van zijn eigen bedje heeft gezien. Hij lag eigenlijk altijd tussen ons in, of bovenop me. Hooguit nog in de draagdoek of in de kinderwagen, maar in zijn eigen bed slapen? Ab-so-luut niet. Ik vond het eigenlijk wel prima; hij kon dan wel dat binnenzwembad hebben verlaten, maar mama was nog steeds zijn veilige haven. Nogal logisch dat hij het niet zo heel denderend vond in zijn eigen bedje! Dus ja, wij pakten dat slapen een beetje anders aan. 

Datzelfde geldt eigenlijk voor het voeden. In eerste instantie hield ik heel erg vast aan borstvoeding. Zo hoorde het immers, en nouja, ze waren niet voor niets tot maatje XXL gegroeid, toch? Helaas bleek na grofweg twee weken dat ik dus echt zo’n beetje dag en nacht om het uur aan het voeden was, waardoor ik wel een beetje de indruk kreeg dat er niet genoeg voedingsstoffen in de melk zaten, of hij kon maar niet lekker aanhappen ofzo. Afijn, we besloten flesjes en kunstvoeding in huis te halen. Zo kon pap ook nog eens een flesje geven en kon ik veel beter in de gaten houden wat hij nou wel of niet binnen kreeg. Het resultaat was een tevreden baby binnen een dag, dat arme kind had gewoon honger. Alleen zo’n voedingsschema… Met borstvoeding mogen ze zo vaak en zo veel drinken als ze willen, met flesvoeding zijn daar allerlei richtlijnen voor. Alleen ehm, ja, ik kon netjes om de zoveel uur voeden, maar op een gegeven moment kwam hij toch telkens een uur eerder voor een fles. Toen dacht ik; eens kijken wat er gebeurt als we óók met flesvoeding gewoon voeden op verzoek. Iedereen schreeuwde moord en brand, maar voor onze baby werkte het in ieder geval. Wanneer hij niet meer hoefde (of in slaap viel) stopte hij met drinken. Soms bleek dat hij maar 20ml extra nodig had, en ja, dan gooide je wat weg, maar hey; in ieder geval een tevreden en slapende baby. Na drie dagen zijn we volledig over gegaan op de flesvoeding, m’n XXL’s waren binnen no-time weer hun eigen vorm (beetje jammer) máár we hadden wel een zeer tevreden baby.

Dat wil niet zeggen dat iedereen maar het ledikantje de deur uit moet smijten, z’n kind vol moet proppen met liters flesvoeding per dag en dat dit de énige manier is om je kind groot te krijgen. Maar net als ‘grote mensen’ zijn kinderen (en baby’s dus ook) allemaal zichzelf. Ze hebben een eigen handleiding en, zo klein als ze zijn, een eigen mening. En vooral die handleiding is een hele kunst om die ondersteboven, binnenstebuiten en achterstevoren te kunnen ontcijferen, maar dat lukt echt wel. Zelf, samen, en met een béétje hulp van de ervaren ouders kom je daar wel. Je probeert van alles, je neemt al het advies ter harte, en je behoudt het goede.

Bekijk ook mijn andere artikel:

Oh my god, hoe kan ik dat nu niet gemerkt hebben!

Rachelle

Hoi, ik ben Rachelle. 25 jaar en heb samen met mijn vriend een kabouter van 2 jaar. 

Daarnaast heb ik een SBS6-waardig verhaal.

Althans, zo refereert men er graag naar als ze mijn verhaal horen; ‘Jeetje, dat hoor je toch alleen op TV?’